Kenia Update 2: Walk the walk

30 December

Team Distance Runners

Posted by:

Nu de wintermaand december is aangebroken zoekt een aantal atleten van Team Distance Runners (TDR) het warmere Kenia op om hun trainingskilometers af te leggen. Iten is de basis voor een trainingskamp, waar ze in het High Altitude Training Center van Pieter Langerhorst en Lornah Kiplagat onderdak vinden. Ook nu weer belt de redactie van de TDR-website met coach Guido Hartensveld om zijn gedachten op papier te zetten. Zo gaat een traditie voort van vele trainingsstages en wedstrijden waarbij de TDR-coach een kijkje in de keuken geeft.


Durven dromen

Ik wil het dit keer, in het verlengde van het vorige gesprek, hebben over dromen. Dromen en het durven te dromen. Zoals gezegd lopen hier in Iten heel veel atleten rond met grote ambities. En dat is heel goed. Maar wat ik de vorige keer heb willen aangegeven: lang niet iedereen staat stil bij de consequenties die vastzitten aan die dromen. Een goed plan is nodig. Het maken van de juiste keuzes. En daadkracht. Madonna stelde het publiek tijdens haar recente concertreeks de volgende vraag: "The world is full of people who talk the talk. But how many out there walk the walk?"  

Ik vind het prachtig om te kunnen werken met mensen die durven te dromen. Laat ik er twee uitpikken: Kristof van Malderen en Michel Butter. Voor hen beide gloort heel ver aan de horizon Olympische deelname. Elke dag staan ze op met de gedachte dat doel na te leven.  Laat ik voorop stellen dat het moeilijk is om de kans in procenten uit te drukken, maar stel je voor dat de kans 20% is dat ze de Spelen halen. Voor ons voelt alleen al het feit dat we in een positie zitten waarin er een mogelijkheid is om de Spelen te halen heel goed aan. En ik vind het goed dat Kristof en Michel hun ambitie durven uit te spreken. Wat me soms tegenstaat aan het Nederlandse volk is de maaiveldcultuur. Des te meer je je durft uit te spreken, des te harder kun je vallen. Maar in de sport hebben we ongekende behoefte aan die mensen die dromen én daarnaar handelen elke dag. Mooi pleidooi van Hans Koeleman hierover trouwens: alle grote daden zijn ooit begonnen met sterke dromen. Dromen mag, dromen moet!

De Kenianen beschikken toch ook wel over een bepaalde hardheid. Ze kunnen in iedere geval de waarheid goed verdragen. Of zullen dat alleen de toppers zijn? Zo was wereldkampioene halve marathon Florence Kiplagat van de week op de baan voor haar eerste baantraining. Ze was net weer begonnen met de snelheidstraining. Het was duidelijk te zien dat ze nog lang niet in shape is. Coach Canova had het ook al aangegeven. Ik besprak dit gegeven met zijn asistent. "Het mooie is dat je haar dat heel direct kan zeggen. Ze accepteert dit en weet wat er nog moet gebeuren."  "Yes, you're right. I know,"  had ze geantwoord. "I got to loose another 4 kilo's."  In Europa ligt dat toch gevoeliger. Of je praat iemand een eetstoornis aan of je krijgt bergen kritiek over je heen. Let wel, we hebben het hier wel over de absolute wereldtop, de norm dus. Overigens een atlete van nauwelijks 50kg. Dat dan weer wel. Zijn wij te soft geworden?

Mo Farah is nu ook hier. Op Let'sRun.com hoorde ik recent een radiointerview van Mo met de BBC. Daarin vertelt hij dat hij zijn gezin met de kerst heeft achtergelaten in Oregon. Vervolgens wordt hem gevraagd waarom. "De Spelen komen eraan, dus het is nodig," is zijn antwoord. "Hoe ziet dat er dan uit, je leven daar in Kenia?" vragen ze hem. "Eten, slapen, trainen. Dat is het. Er is hier totaal geen afleiding. Geen tv, niks," antwoordt Mo. De volgende dag heb ik hem natuurlijk wel even lopen dollen. In het complex is welgeteld één kamer met schotel-tv. Speciaal geinstalleerd voor Mo zodat ‘ie zijn favoriete Arsenal kan blijven volgen. "Goed interview Mo, vooral van die tv," liep ik hem te dollen. Het is niet erg het soms mooier voor te doen dan het is. Een beetje bluf doet de sport soms wel goed. Zolang Mo zelf maar "The walk blijft lopen", zeg maar. Doet wat ‘ie moet doen. Nou geloof me, deze jongen werkt echt keihard en het licht op zijn kamer is echt wel vroeg uit. De Keniaanse kampmanager snapte die bluf trouwens niet. "Is de tv stuk?" vroeg ie me toen ik het stukje liet horen, met een grote grijns op m'n gezicht. Hij kon het gedeelte "No TV, nothing" niet plaatsen.

Mexico

De kerstperiode is niet allen mooi om terug te kijken, maar ook om vooruit te blikken. De route om onze plannen te verwezenlijken wordt steeds vaster ingevuld. Die details moeten kloppen. Zo keren we eind maart terug naar het Mexicaanse La Loma. Michel Butter en Kristof zullen iets eerder vertrekken om nog een paar extra weken samen te kunnen trainen en Michel zal van daaruit dan naar Boston of Londen afreizen. Kristof zal na het trainingskamp, hopelijk met nog wat anderen, afreizen naar Stanford. Met het oog op de Olympische Spelen en de Europese Kampioenschappen is het belangrijk om het seizoen goed te starten. We kijken of er na Stanford nog een snelle 1500m in de Verenigde Staten is waar Kristof kan starten. Wat betreft het trainingskamp in Meixco hebben we ook een aantal lastige afwegingen moeten maken. Wat is de ideale groepssamenstelling voor een stage? Binnen TDR werkt het zo dat mensen zelf mogen inschrijven voor een trainingsstage. Daarbij hebben we het doel helder omschreven: we kijken naar de toppers. De groep mag niet te groot worden en we willen ideale subgroepjes vormen rond de belangrijkste atleten. Ik kan mezelf niet in tien stukjes delen en het mag de toppers aan niets ontbreken. Het moet de mindere atleten ook niet te makkelijk gemaakt worden, zo vroeg in de carrière. Een softiecultuur is uiteindelijk dodelijk voor de atleet, denk ik.

Boven alles is het natuurlijk een goede zaak dat, ondanks het gegeven dat het overgrote deel van de atleten hun trainingsstages zelf moet zien te bekostigen, er zoveel animo is voor de Mexico-stage. Een trainingsstage wordt dus blijkbaar als grote meerwaarde en als inspirerend ervaren. Maar we moeten intern ook kritisch blijven en de pretenders van de true contenders scheiden. Om de criticasters van stages voor subtoppers toch een punt te geven: wij zijn intern zeer kritisch op atleten die een groot verschil vertonen tussen hun leefsituatie thuis en die op stage. De progressie mag niet te groot zijn, want dan wordt het op stage gaan een trucje. Aan de andere kant is het goed dat atleten hun horizon willen verbreden. Maar we zullen wel streng moeten zijn op toeristengedrag. Je ziet het verschil al snel tussen atleten die voortdurend scherp zijn op optimizing recovery en diegenen die er gewoon bij willen zijn en constant andere dingen aan hun hoofd hebben. Maar zoals ik al eerder heb gezegd: er is niks mis met dromen, die durven uit te spreken en uit je comfort zone te stappen. Want denk maar niet dat een trainingsstage een comfort zone is. Vaak ga je op je bek, maar is topsport niet het voortdurend opwerpen van weerstanden en atleten daar harder van laten worden? Het gaat om het overwinnen van tegenslagen. Ook in trainingskampen heb je te maken met tegenslagen. Zo hebben we nu te maken met enkele ziektegevallen. Het is daarbij belangrijk niet in de negatieve sfeer te belanden en positief te blijven.

Favoriete trainingsstage

Gedurende deze stage raken we af en toe in mooie discussies. Een paar dagen geleden kwamen we op de vraag: "wat is je favoriete trainingsstage, je favoriete locatie?"  De atleten kwamen daar niet goed uit. Elke stage heeft zo zijn charme. Texel brengt goede herinneringen naar boven bij velen. We zijn er vaak in de herfst, maar het was ook de plaats waar we ons voorbereidden voor het EK in Barcelona. Overdag lopen in de hitte, 's avonds het EK voetbal met prachtige wedstrijden van het Nederlands Elftal. Monte Gordo is een stage waar altijd veel atleten aan deelnemen. Er heerst een goede sfeer, veel atleten omschrijven het als een tweede thuis en voor sommigen is het leren omgaan met verleidingen als BAR42. Het doet ook erg Hollands aan, met eettentjes als "Ed & Willem". Sankt Moritz is altijd een prachtige trainingsstage en kan worden gezien als de mooiste loopomgeving. Vele buitenlandse toppers omschrijven dit stukje Europa toch als een beetje "heaven on earth". Lopen in een ansichtkaart. Prachtig, maar erg duur. Het is geluk hebben met het weer en alleen een optie in de zomer. La Loma in Mexico biedt ideale faciliteiten, een prima hoogte en goed weer. Helaas is er het tijdsverschil met Europa. Dullstroom in Zuid-Afrika is gezelliger dan Kenia. Het ligt 300m lager, maar je kunt er tussen de middag terecht voor een goed broodje en een koffie. Iten is wel het loopcapital van de wereld en heeft het mooie kamp van Lornah. Toch is alles hier heel basic. Onze conclusie is dat juist de afwisseling het mooi maakt; alles op z'n tijd. Het is goed om op trainingskamp te gaan, maar je moet het hier niet alleen maar van hebben. De belangrijkste conclusie is dan ook dat je het vooral thuis moet doen. Stages zijn de extra's, de puntjes op de i. Om met mijn hooggewaardeerde collega Canova te spreken: "It's the cherry on the cake, but first you got to have the cake. I you don't have a cake, where you gonna put the cherry?" Ik heb hem deze uitdrukking al voor meerdere doeleinden horen gebruiken, haha.

Jubileumprogramma Egmond

Mede op verzoek van Le Champion hebben we hier trouwens wat filmbeelden geschoten. In het kader van de 40e verjaardag van de Egmond Halve Marathon zullen die vertoond worden tijdens een inspirerende avond op zaterdagavond 7 januari in Hotel Zuiderduin. Die avond staan er vele thema's op het programma en is er ook ruimte voor TDR ingepland. Onze toppers zullen geïnterviewd worden. En Dennis Kaspori van Losse Veter zal er ongetwijfeld weer een spetterende video van maken. Bij deze is iedereen van harte uitgenodigd: zaterdagavond 7 januari, 20 -22 u, Hotel Zuiderduin: het jubilieumprogramma van de Halve van Egmond.