Prachtige debuutwinst Butter in Utrecht Marathon
25 April
Team Distance Runners
Posted by:
Strijdmarathon
De organisatie van de Utrecht Marathon had nadrukkelijk voor een strijdmarathon gekozen. Dat houdt in dat alle mogelijke vormen van regie (tempomakers, aanwijzingen van meefietsende coaches, het aanreiken van bidonnen) bewust afwezig waren gelaten om een spannende en aantrekkelijke wedstrijd te creëren. Gecombineerd met de tropische omstandigheden (zonnig met temperaturen boven de 20 graden) was het zeker geen makkelijke wedstrijd voor de deelnemers, maar wel degelijk een interessant schouwspel voor de toeschouwers.
Keniaanse atleet
Na het weerklinken van het startschot vormde zich al snel een kopgroep van tien deelnemers. Naast acht Nederlanders was verrassend genoeg ook een Keniaanse atleet van de partij. Het laatste uur voor de start ontstond enige vorm van onrust bij de organisatie toen bleek dat de Keniaan Mutai Kipkorir zich had aangemeld bij de recreanten. Door zich op het allerlaatste moment in te schrijven had Kipkorir niet de beschikking over een officiële tijdmetingschip, waardoor de tussentijden van de loper niet vermeld werden. Kipkorir sloot echter al snel aan bij de kop van de wedstrijd, waarbij het voor de overige deelnemers duidelijk was dat ze er een concurrent bij hadden.
Dekkers bepaalt tempo
Na het afhaken van Orphan van Faassen, Jelte Brontsema, Jeroen Veldhuis en Erik Negerman bestond de kopgroep na 10 km uit een zestal atleten. TDR-atleten Rens Dekkers, Michel Butter en Ronald Schröer vormden met debutanten Gert-Jan Wassink en Olfert Molenhuis en Kipkorir de leidende groep. In de beginfase was het Rens Dekkers die veelvuldig het tempo aanvoerde, waarmee hij zijn concurrenten hoopte af te lossen. Dekkers, de nummer 13 van het Europees Kampioenschap Marathon, is er als uiterst duurgetrainde atleet bij gebaat een strak tempo te voeren.
Rond de 25 kilometer is Ronald Schröer het eerste slachtoffer. De Bakkumer weet het tempo niet meer te bolwerken en heeft moeite met de warme omstandigheden. Schröer zou na afloop verklaren zijn warmte slecht kwijt te kunnen. Het resterende vijftal loopt verder op een eindtijd omstreeks de 2.18.
Versnellingen Kipkorir
Kipkorir bemoeit zich in het tweede deel van de wedstrijd nadrukkelijk met de kop van de wedstrijd. De atleet plaatst af en toe een korte, felle versnelling, waarbij hij even afstand neemt van de concurrentie. De Nederlanders laten hem echter uitrazen, om vervolgens weer rustig de aansluiting te vinden. Butter: "Ik ben heel blij dat ik in de voorbereiding gebruik heb kunnen maken van de expertise van Rens (Dekkers, red.) en Ronald (Schröer, red.). Die jongens hebben al een heel aantal marathons achter de rug en bezitten dus een hoop marathonkennis en -ervaring, zowel op fysiek als mentaal gebied. Toen Kipkorir versnelde keken Rens en ik elkaar even aan en wisten we beiden dat het niet het moment was om te reageren. De aanval inzetten op dat punt in de wedstrijd kan fataal zijn."
Dekkers lost
Even later is het Dekkers die uit de kopgroep moet lossen. De ervaren marathonlopers besluit een iets rustiger tempo te kiezen, in de hoop later in de wedstrijd nog enkele lopers te passeren. Wanneer niet veel later ook Gert-Jan Wassink afhaakt, blijft een drietal over. Duidelijk is dat Michel Butter en Olfert Molenhuis zullen uitmaken wie de Dutch Marathon Battle op zijn naam schrijft. Kipkorir zet een versnelling in en begint aan een solo van ruim vijf kilometer, terwijl de Nederlanders samen het tempo gelijk houden. Butter besluit zich aan zijn strijdplan te houden om lang te wachten met de beslissende versnelling. "Ik voelde dat ik geduld moest hebben en dat de versnelling van Kipkorir rond 35km te vroeg kwam. Wie er op dat moment ook versneld had, ik zou hebben afgewacht."
Croeselaan: Butter slaat toe
Op de Croeselaan slaat Butter toe. Met een overtuigende demarrage loopt hij weg bij Molenhuis om de wedstrijd af te sluiten met een snelle laatste twee kilometer. Het tempo gaat fors omhoog, waarbij plotseling ook de totaalzege in beeld komt. De moegestreden Keniaan Kipkorir wordt met iedere honderd meter duidelijker zichtbaar. In de laatste halve kilometer maakt Butter een droomscenario waar voor de organisatie door Kipkorir te passeren en te zegevieren in een tijd van 2.17.36. De TDR-atleet is dolgelukkig met zijn marathondebuut, net als zijn coach Guido Hartensveld.
Debuut
Wanneer de debuuttijd van Butter vergeleken wordt met die van andere snelle marathonlopers, blijkt de prestatie van goed niveau. Koen Raymaekers debuteerde in 2006 in dezelfde Marathon Utrecht met 2.23.37. Hugo van den Broek startte met een tijd van 2.21.18 (2001, Rotterdam Marathon). Hoewel Butter aanzienlijk sneller debuteert dan bovengenoemde atleten, zijn toppers als Kamiel Maase (2.10.08) beduidend sneller in hun eerste marathon. De gerealiseerde prestatie van Butter, rekening houdend met de omstandigheden, biedt echter een prima toekomstperspectief voor de marathon. Ook Olfert Molenhuis noteert als debutant een prima tijd: de Assenaar eindigt in 2.18.21 als tweede in de Dutch Battle, achter Kipkorir (2.18.10).
Dekkers zeer tevreden
Rens Dekkers komt als vierde over de streep (2.19.44) en behaalt de derde plaats in de Dutch Battle. Een prestatie waarmee Dekkers zeer tevreden is. Dekkers had een podiumplaats als doel en slaagt in zijn ambitie. "Ik had wel verwacht dat Olfert vandaag erg sterk zou zijn," verwijst hij naar het sterke debuut van Molenhuis. "Maar toch had ik nog even hoop dat één van de twee zou knakken en ik nog naar de tweede plaats zou kunnen lopen. Ze waren simpelweg te sterk en voor mij is dit een prachtige derde plaats." Dekkers bewijst met de podiumplaats zijn kracht en stabiliteit.
Ook Pip Tesselaar kijkt tevreden terug. De master eindigt als achtste (2.30.58) in de Dutch Battle, wat bestempeld kan worden als een uitstekende prestatie. Tesselaar had genoten van de wedstrijd en sprak over een "mooi evenement". Ronald Schröer, de vierde TDR-deelnemer, was na afloop een stuk minder tevreden. Zijn vijfde plaats (2.25.28) was niet slecht, maar Schröer had op veel meer gehoopt. De marathonloper had moeite met het tempo onder de warme omstandigheden en moest gaandeweg de wedstrijd terrein prijsgeven.